<< Click to Display Table of Contents >> Navigation:  Praktische werkwijze > COVID-19 > Opsporen van risicopatiënten

Bij de COVID-19-vaccinatiecampagne worden de risicopatiënten uitgenodigd voor een COVID-19-vaccinatie. Naast de mutualiteiten spelen ook de huisartsen hier een essentiële rol in: specifieke aandoeningen kunnen immers enkel of beter worden opgespoord via hun dossier bij de huisarts.

Huisartsen wordt gevraagd om de gegevens van risicopatiënten door te sturen naar een centrale databank. Die wordt gebruikt om de risicopatiënten uit te nodigen voor een inenting in een vaccinatiecentrum.

De personen die inentingen mogen ontvangen, worden in groepen ingedeeld.

De 2 onderstaande groepen worden automatisch opgenomen in de centrale databank:

•zorgverleners

•65-plussers: worden automatisch ingeladen vanuit het rijksregister

Daarna worden de prioritaire groepen bepaald volgens 4 categorieën van risicopersonen:

•45-plussers met bepaalde pathologieën

•leeftijd 45 - 64 jaar

•leeftijd 18 - 45 jaar met risico-aandoening

•rest van de populatie zonder risico-aandoeningen

Risicogroepen met specifieke aandoeningen worden ingeladen vanuit 3 bronnen

•Ziekenfondsen

•Register van transplantaties

•Via de huisartsen: categorieën met diabetes, chronische nierproblemen, chronische longproblemen, obesitas, chronische cardiovasculaire problemen, chronische neurologische problemen, chronisch nierlijden, chronische leverproblemen, downsyndroom, ernstige mentale aandoeningen, kwetsbare populatie, kankerpatiënten, hematologische kanker, hiv, aids.

De groep met leeftijd tussen 45 - 64 jaar wordt verder ingedeeld volgens de personen voor wie geen vaccintype wordt gespecificeerd en de personen voor wie enkel het mRNA-vaccin is toegelaten. Voor die laatste groep is het adenovirus niet toegelaten: patiënten met kanker, hematologische kanker, hiv, aids of die immuungecompromitteerd (bepaald via register van transplantaties) zijn.

Opsporen van risicopatiënten: diagnostische audit - clean-up

Voor een goede werking van het opsporen voor risicopatiënten is het belangrijk dat de relevante diagnoses en/of zorgelementen gecodeerd ingegeven zijn. Via de clean-up-tool kunt u dossiers opsporen die blijk geven van een van onderstaande chronische aandoeningen, maar waarin die nog niet gecodeerd is ingegeven:

•Diabetes

•Chronische nierinsufficiëntie

•Chronische longaandoening

•Cardiovasculaire aandoening of hypertensie

De diagnose wordt opgespoord aan de hand van labowaarden of medicatievoorschriften. Als medicatievoorschriften of labowaarden van de patiënt de aandoening aangeven, maar als daarvoor geen gecodeerd zorgelement aanwezig is, zal de huisarts het patiëntendossier zien in de lijst.

Denk hier bijvoorbeeld aan een patiënt met diabetes voor wie dat niet als actief zorgelement gecodeerd werd maar voor wie wel antidiabetica voorgeschreven werden.

Bij het opsporen van risicopatiënten wordt ook rekening gehouden met leeftijdscategorieën, GMD-houder en andere al dan niet relevante coderingen of voorschriften.

Als de patiënt volgens u tot de groep van risicopatiënten behoort, hebt u de mogelijkheid om het patiëntendossier te corrigeren en een gecodeerd actief zorgelement toe.

Doorsturen van de gegevens van risicopatiënten

Voor het doorsturen van risicopatiënten naar de centrale vaccinatiecode-databank (VCDB), bestaat er eveneens een gespecialiseerde tool. Via die tool kiest u de zoekopdracht en stuurt u de lijst met de gegevens van de risicopatiënten die hieraan beantwoorden, door naar de centrale vaccinatiecode-databank.